Speeltoestellen: gekeurd volgens Warenwetbesluit

Rechtbank besluit: alle speeltoestellen gastouders moeten worden gekeurd

Speeltoestellen van gastouders moeten volgens het Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen (WAS) gekeurd worden. Dat oordeelde de rechtbank Rotterdam op 12 mei 2023 in een zaak die een gastouder aanspande tegen de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). Nysa adviseert gastouders om per direct alle speeltoestellen buiten gebruik te stellen.

 

rechtbank-besluit-alle-speeltoestellen-gastouders-moeten-officieel-worden-gekeurd

 

Het klinkt als een slechte film. Gastouders die in alle huiselijkheid een eigen kinderopvang runnen, moeten, zonder dat gastouders, gastouderbureaus óf toezichthouder GGD daarvan op de hoogte waren, hun speeltoestellen officieel laten keuren volgens het Warenwetbesluit Attractie- en Speeltoestellen (WAS). Doen zij dit niet, dan riskeren ze een fikse boete.

Uitspraak rechtbank

Toch is dat de uitspraak, die in het bezit is van de redactie van KinderopvangTotaal, van rechtbank Rotterdam in de zaak tussen de NVWA en een gastouder in Noord-Brabant. De NVWA keurde in 2021 speeltoestellen van een gastouder af en legde boetes op, nadat er een ongeval werd gemeld waarbij een kindje viel van een speelhuisje in de tuin van de gastouder. Daarvan deed iemand anoniem melding op de website van de NVWA.

Overtreding WAS

De NVWA-inspecteur constateerde vervolgens dat het WAS werd overtreden. De gastouder kreeg te horen dat de speeltoestellen (een trampoline en een speelhuisje) niet door een aangewezen keuringsinstantie waren goedgekeurd en daarom buitengebruik moesten worden gesteld. De speeltoestellen werden verzegeld en de gastouder beboet. Een bezwaar daartegen door de gastouder werd afgekeurd, want het WAS is wél van toepassing oordeelde de NVWA en er is géén sprake van privégebruik van de speeltoestellen gedurende de gastouderopvang. De afkeur en de boetes waren, volgens de NVWA, dus terecht.

Boete kwijtgescholden

Rechtbank Rotterdam is het daar deels mee eens. De rechtbank oordeelde dat speeltoestellen van gastouders inderdaad onder het WAS vallen, maar dat de boetes die de gastouder kreeg kwijtgescholden moeten worden omdat de gastouder (noch de GGD, noch de gastouderbranche) zich niet bewust was van het feit dat speeltoestellen onder het WAS vallen. Ook is er nog niet eerder een gastouder beboet voor het niet keuren van speeltoestellen.

Lees ook: GGD GHOR Nederland is verbaasd over ‘speeltoestellenboete’ voor gastouder

Gevolgen gastouders

Wat betekent dit besluit dit voor gastouders in Nederland? Kort gezegd betekent dit dat speeltoestellen van gastouders – binnen én buiten – kunnen worden afgekeurd door de NVWA, wanneer deze niet officieel gekeurd zijn.

‘Naar aanleiding van de uitspraak zijn wij direct in overleg gegaan met SZW, GGD-GHOR en VNG’, reageert Nysa, de brancheorganisatie voor gastouders, op haar website. ‘Deze gesprekken lopen momenteel nog waarbij we nog geen zicht hebben op de termijn waarop we duidelijkheid hebben of dit gewenst en beoogd is. NYSA is van mening dat er voor de gastouderopvang een uitzondering gemaakt dient te worden.’

Reactie GGD GHOR en VNG

‘GGD-GHOR en VNG geven aan dat er, in de praktijk, op dit moment niet anders wordt omgegaan met de speeltoestellen in de gastouderopvang dan gebruikelijk’, aldus Nysa. ‘De toezichthouder gaat dus nu niet opeens handhaven als er een speeltoestel in de tuin staat en deze is niet gecertificeerd conform de eisen van het WAS. Toezicht- en handhaving zal hierover nog een separaat nieuwsbericht over publiceren.’

Over het Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen

De veiligheid van speeltoestellen is geregeld in het Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen (WAS). Dit Warenwetbesluit heeft betrekking op het ontwerp- en fabricageproces, de keuring voor de ingebruikname, Nederlandstalige gebruiksaanwijzing met aanwijzingen, veiligheidsinstructies, waarschuwingen en andere relevante informatie, het bijhouden van een logboek of actueel dossier en het verrichten van onderhoudswerkzaamheden.

Het Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen is van toepassing op onder andere speeltoestellen in de publieke ruimte. In het WAS is de definitie van een speeltoestel: inrichting die bestemd is voor vermaak of ontspanning, waarbij uitsluitend van de zwaartekracht of de fysieke kracht van de mens gebruik wordt gemaakt. Daarnaast is er een reikwijdtenotitie die duidelijk maakt wanneer de bepalingen van toepassing zijn.

Op 1 juli 2023 treedt het nieuwe WAS 2023 (warenwetbesluit Attractie- en speeltoestellen 2023) in treding. Hierin is de meldplicht bij ernstige ongevallen toegevoegd, zijn het model merk en certificaat van goedkeur aangescherpt om meer fraudebestendig te zijn en worden de regels voor verhuurders aangescherpt.

Weten of een speeltoestel onder het WAS valt? Bekijk de checklist op pagina 3 van deze notitie >> Daarin staat onder meer dat makkelijk verplaatsbaar speelgoed zoals hobbeldieren, loopwagens en speelgoedauto’s niet onder het WAS valt.

Bron: NVWA

 

ADVIES:

Valt een speeltoestel wel onder het WAS, dan adviseert Nysa het speeltoestel buiten gebruik te stellen en voor nu (zolang als er geen uitsluitsel is) er geen gebruik van te maken of het speeltoestel te laten keuren zodat het gecertificeerd is en aan de eisen van het WAS voldoet.

(bron: Kinderopvang Totaal)